Religie is een bron voor conflicten en een te gevoelig onderwerp dat je maar beter kan vermijden? Collega Matthijs van Pijkeren ontdekte het tegenovergestelde tijdens zijn ontmoeting met drie personen met ieder hun eigen geloof.
contact met religieuze partijen helpt bij het krijgen van een meer volledig perspectief op de wereld
Een paar jaar geleden bracht ik een nacht door in een dorp op de helling van een vulkaan op Java, Indonesië. De vulkaan sliep, maar mijn veronderstellingen ontploften. Ik dacht dat ik te gast was in een gemeenschap van moslims die allemaal hetzelfde geloofden en die hun hele leven al moslims waren. Bovendien leefde ik in de veronderstelling dat religie een te gevoelig onderwerp zou zijn dat je maar beter kon vermijden. De realiteit confronteerde me echter met mijn eigen, onjuiste aannames.
Ik verbleef bij Muljo en ik zat op een gegeven moment samen met hem en zijn goede vriend Kamayati op een bank. Muljo vertelde over hoe hij in een boeddhistisch gezin was opgegroeid, moslim was geworden en dat hij nu tot een bepaalde sekte binnen de islam behoorde. Die gemeenschap was onlangs aangevallen door andere moslims die hen als afvallig beschouwden. Zijn vriend Kamayati was eerst christen, maar nu een ‘gewone moslim’.
Is er dan dus ruzie tussen jullie twee?, vroeg ik. ‘Nee, wij leven in vrede, wij vechten niet met elkaar!’ Toen kwam hun vriend Daniel bij ons zitten ik vroeg hem naar zijn geloof. Hij vertelde dat hij vroeger moslim was, maar nu de voorganger is van een pinkstergemeente in het dorp hier iets verderop. Mijn mond viel open van verbazing en terwijl ik de mannen aankeek, lachten ze. Deze drie vrienden werken en leven samen en spreken over hun geloof. Is dat geen gevoelig onderwerp dat beter te vermijden is? Is dit een vulkaan die gegarandeerd gaat uitbarsten? Nee, zeiden ze: ‘Religie gaat niet over vechten.’
Tearfund heeft 50 jaar ervaring in het werken via lokale kerken, christelijke organisaties en individuen op het gebied van humanitaire hulp, structurele ontwikkeling en belangenbehartiging. Als christelijke organisatie is het werken met deze partijen een logisch gevolg van onze identiteit. Het is ons natuurlijke, wereldwijde netwerk.
Maar: waarom zouden ook ambassades, overheden en seculiere ngo’s rekening moeten houden met religie? Het antwoord op die vraag is volgens mij evengoed logisch: omdat het aangaan van contact met religieuze partijen helpt bij het krijgen van een meer volledig perspectief op de wereld.
Voor de overgrote meerderheid van de wereldbevolking is religie een wezenlijk onderdeel van hun leven. In die mate zelfs dat het 'seculiere' Westen, waar religies steeds minder aanwezig zijn, eerder als uitzondering dan regel kan worden gezien. De laatste decennia is er een toename in belangstelling vanuit de wetenschappelijke hoek voor de rol van religie in duurzame ontwikkeling, internationale politiek en diplomatie. Daarnaast zijn er recentelijk verschillende publicaties verschenen die met name de kloof tussen religieuze en niet-religieuze partijen proberen te overbruggen. Op basis van onderzoek en onze eigen praktijk is het belangrijk om de complexiteit van religie te erkennen en dus ook de rol die religieuze organisaties en leiders hebben op het gebied van ontwikkelingssamenwerking.
Maar de ontmoeting met Muljo, Kamayati en Daniel op de vulkaan laat ook zien dat religie geen statisch, eendimensionaal gegeven is. Zo wordt het vaak gezien in de publieke opinie, maar religie verandert en ontwikkelt, is complex, context gebonden en tot op zekere hoogte individueel.
Het helpt om interesse te hebben in deze complexiteit en in nuances. Als je individuen, groepen of organisaties vraagt naar hun geloof of wereldbeeld, raak je meestal de kern van hun identiteit. En zelfs als in het begin die gesprekken misschien moeilijk zijn, is het altijd de moeite waard om de ander te willen begrijpen.
Tearfund doet dat in al haar werk, onder andere in landen waar veel spanning is tussen groepen en minderheden. Het Joint Initiative for Strategic Religious Action (JISRA) is een samenwerkingsverband van 50 maatschappelijke organisaties die werken in zeven landen waaronder Ethiopië, Irak, Mali en Nigeria. Dit internationale, interreligieuze consortium, waar ook Tearfund deel van uitmaakt, voert een vijfjarig programma uit, via onder meer lokale kerken en moskeen gericht op vreedzaam samenleven. Wat deze alliantie echter samenbrengt, is de bereidheid om naar elkaar te luisteren, van elkaar te leren, de ander serieus te nemen. Want religie is geen gevoelig onderwerp dat je maar beter kunt vermijden. Het gaat over vrede, en niet over vechten.
Matthijs van Pijkeren is teamleider Azië bij Tearfund.