
Thea de Vries (70 jaar) woont met haar man in een Knarrenhof in Zwolle, een woonconcept waarin senioren samenwonen en naar elkaar omzien. “Deze manier van samenleven zou eigenlijk de norm moeten zijn."
Bij de Knarrenhof helpen bewoners elkaar met praktische zaken zoals boodschappen doen. Maar de betrokkenheid op elkaar is ook goed tegen eenzaamheid, waar veel ouderen in onze maatschappij mee worstelen. Deze vorm van naar elkaar omzien als buren is een aanvulling op mantelzorg vanuit familie en vrienden en stelt ouderen in staat langer zelfstandig te blijven wonen.
“We vertelden onze kinderen dat we in Het Aahof, dat onder Knarrenhof Nederland valt, wilden gaan wonen. Ze verklaarden ons voor gek. ‘Waarom zou je op je zestigste daar gaan wonen?’ vroegen ze. Maar we zijn ontzettend blij dat we de stap hebben gezet. We op een lange wachtlijst en inmiddels is het bijna onmogelijk om hier een plekje te krijgen. We hadden geluk: omdat het project pas na zeven jaar van start ging, haakten veel mensen af. Tegenwoordig worden de jongere senioren bovenaan de wachtlijst geplaatst.
Ik hoorde over levensloopbestendige woningen, met een slaapkamer en badkamer op de begane grond en brede deuren voor een rolstoel of scootmobiel. Dat sprak me aan. In mijn werk in de thuiszorg heb ik gezien hoe belangrijk zulke voorzieningen zijn. In eerste instantie was het dus een praktische keuze. Maar het idee van ‘noaberschap' (gemeenschapzin) en er zijn voor elkaar, vond ik ook prachtig. Ik hecht er veel waarde aan mijn buren te kennen en niet slechts een nummer in de buurt te zijn.”
“Hier wonen betekende ook een beetje het wiel opnieuw uitvinden. In Nederland zijn we gewend aan privacy. Iedereen zet een hoge schutting om zijn tuin. Hier is dat niet zo. In het begin voelde het een beetje als een camping. Als je een boek zat te lezen in de tuin, kwam een buurman of buurvrouw even een praatje maken. Dat was wennen, maar het bracht ook veel moois.
We kunnen de wereld niet redden, maar we kunnen wel van betekenis zijn.
We zijn er voor elkaar zonder dat het als een verplichting voelt. Als je zelf iets hebt, kun je je buren bellen, en andersom zijn wij er ook voor hen. Het is geen thuiszorg of verzorgingstehuis. We helpen niet met douchen, maar we koken bijvoorbeeld wel als dat nodig is.
Mijn man en ik behoren nog tot de fitste bewoners, maar ook wij hebben al eens een buurman gevraagd om ons naar het ziekenhuis te rijden. Andersom heb ik met vier buurvrouwen zes weken lang een buurvrouw ondersteund die bestralingen kreeg.”
“Er wonen hier mensen met uiteenlopende achtergronden. In die zin is het een afspiegeling van de samenleving. Zelf ben ik christen, maar er zijn ook bewoners die niets met geloof hebben. Toch werken we naast elkaar in de tuin of drinken we samen een kopje koffie. Dat vind ik mooi.
Onze buren weten dat we christen zijn, maar ik heb het niet per se verteld. Toen ik ziek was, kreeg ik een kaartje van een buurvrouw: ‘Ik hoop dat je geloof je veel kracht geeft.’ Mensen mogen merken dat we christen zijn, maar op een ontspannen manier. Als een buurman vlak voor de crematie van zijn moeder zegt ‘Het leven is eindig’ dan is dat niet het moment voor een preek. Ik heb veel liever dat mensen het zien aan hoe we in het leven staan. En voor meeleven met een ander is altijd ruimte.
We worden hier ook geconfronteerd met de kwetsbaarheid van het leven. Sommige buren verhuizen naar een verpleeghuis, anderen overlijden. Dan zitten we samen in de kerk bij een begrafenis, ook degenen die niets met geloof hebben.”
We zijn in Nederland gewend aan privacy en schuttingen. Een open tuin was even wennen.
“Het idee is dat niemand eenzaam hoeft te zijn. Eenzaamheid als gevoel kun je niet altijd oplossen, maar je kunt wel zorgen voor mogelijkheden om het te voorkomen. Elke woensdagochtend drinken we samen koffie, mensen kunnen samen eten, wandelen of naar de film. Er is altijd iets te doen.
Toen ik in de thuiszorg werkte, zag ik veel eenzaamheid. Mensen die in een flat wonen en niet eens weten hoe hun buren eruitzien. Hier zal het niet gebeuren dat iemand pas na een week dood in huis wordt gevonden. We letten op elkaar. Ik heb in de thuiszorg wel meegemaakt dat een oudere al vanaf ‘s nachts op de vloer van de badkamer lag en niet overeind kon komen. Als iemands gordijnen een dag lang dicht blijven, dan checken we of alles goed gaat.”
Zijn de gordijnen de hele dag dicht? Dan checken we of alles goed gaat.
“‘God liefhebben boven alles en je naaste als jezelf’. Dat is de kern van het leven. En iets voor een ander doen, brengt mij zelf ook veel. Dat mensen kwetsbaar durven te zijn en van hart tot hart spreken. Wat is de zin van het leven? Niet alleen achter de geraniums zitten of vakanties najagen, maar échte diepgang en verbondenheid vinden.
Ik voel me gelukkig als mensen een beroep op mij kunnen doen. Wat heerlijk als ik iets kan betekenen voor een ander. Mijn droom was om me in mijn pensioen in te zetten voor anderen, en dat blijf ik doen zolang het kan. Het mooie is dat je bij de Knarrenhof ook iets kunt bijdragen als je minder gezond wordt, omdat alles zo dichtbij is. Zoals een buurman in een rolstoel die toch heel actief is binnen onze gemeenschap.
Mijn vader zei altijd: ‘Doe wat je hand vindt om te doen.’ Een Bijbelse opdracht die ik met mij meedraag. We kunnen de wereld niet redden, maar we kunnen wel van betekenis zijn. Een postbode groeten. Een kassière in de ogen kijken. Die kleine gebaren geven het leven zin.”
“In deze gemeenschap blijven we leren en groeien. Sommige mensen overlijden, anderen verhuizen naar een verpleeghuis. Nieuwe bewoners brengen frisse ideeën mee, en dat is mooi. Zelfs als je honderd wordt, kun je blijven bijdragen, zolang je hart openstaat.
Ik zou dat aan iedereen willen meegeven: houd je oren, ogen en hart open. Waar je ook bent. Kijk om je heen. Doe met Kerst een kaartje door de bus. Groet een nieuwe buur. En wees alert als iemand zich terugtrekt? Het zijn de kleine, simpele dingen die het verschil maken. De Knarrenhof is een nieuw concept, maar eigenlijk zou deze manier van samenleven normaal moeten zijn.”
Tearfund gelooft in de kracht van gemeenschap. Wanneer mensen samenwerken om hun omgeving te verbeteren, profiteert iedereen daarvan. In onze programma’s, waarin we hele gemeenschappen betrekken, zien we dit keer op keer gebeuren. Wil je hier meer over lezen?
Ga naar: tearfund.nl/onderzoek