
Het is inmiddels een maand geleden dat Trump alle hulp via USAID aan buitenlandse ngo’s stopzette. 42% van alle humanitaire hulp ter wereld kwam abrupt tot stilstand. Ook landen in Europa, inclusief Nederland, kwamen met monster-bezuinigingen op het gebied van ontwikkelingshulp.
alles wat hoop of hulp geeft aan de bevolking is een doelwit
De impact is zoals voorspeld: juist de mensen in de meest kwetsbare posities worden het hardst getroffen. Zij lijden door gebrek aan voedsel, schoon drinkwater, medicijnen en andere levensreddende zorg. En dit wordt versterkt door de uitzichtloosheid die zij moeten ervaren, nu zij in de steek worden gelaten.
Deze nieuwe werkelijkheid kwam gelijktijdig met mijn introductie in de sector van ontwikkelingssamenwerking. Op 1 maart startte ik bij Tearfund en op het hartelijke welkom volgde meteen: ‘Je start in een verontrustende tijd’. Dat bleek een grof understatement, want ik werd op harde wijze geconfronteerd met de vergaande consequenties. De concrete situaties zijn schrijnend. Bijvoorbeeld in Haïti, één van de gevaarlijkste landen ter wereld. De bevolking heeft te maken met vele straatbendes die het land terroriseren. Moorden, ontvoeringen, martelingen en seksueel geweld zijn aan de orde van de dag. Niemand is meer veilig en steeds meer hulpverleners zijn door de grote onveiligheid én de wegvallende financiering, gedwongen zich terug te trekken. Onze partnerorganisatie in Haïti schetste een ontluisterend beeld: “Álles wat hoop of hulp geeft aan de bevolking is een doelwit. Ziekenhuizen en scholen zijn verwoest. En dat wat mensen verlichting zou kunnen bieden, wordt systematisch vernietigd.”
Haïti is helaas niet het enige land. Ook in andere kwetsbare gebieden worstelen ngo’s met hun inkomsten vanuit het Mondiale Noorden. Zij vrezen nu voor hun voortbestaan, maar vooral: zij kunnen nu niet meer de levensreddende hulp bieden die zo hard nodig is. Nogmaals, een verontrustende tijd is een grof understatement.
Toch is er hoop. In alle kwetsbaarheid zien wij de kerk die geroepen is om naar mensen in nood om te zien. En wanneer situaties in landen kritiek of onveilig worden, vertrekken hulpverleners misschien, maar blijft de kerk. Eric Ha, directeur van de christelijke organisatie Medical Teams International, schrijft in Time het volgende. “Lang voordat regeringen instellingen oprichtten en financierden, waren het gelovige mensen die de oproep om te dienen oppakten. (…) Als de steun van de regering voor humanitaire hulp afneemt, dan moet de kerk een stap naar voren zetten. Niet alleen om een leegte op te vullen die is ontstaan, maar om te leven in de volheid van de roeping en het doel van de kerk.”
Dankzij de kerk blijft onze partnerorganisatie in Haïti actief, ondanks alle tegenkrachten. Om zo handen en voeten te geven aan de opdracht van christenen volgens Bonhoeffer: ‘bidden en gerechtigheid doen onder de mensen’. Dat is zichtbare hoop. Dezelfde Bonhoeffer schrijft in één van zijn boeken over Openbaring 3:20: “Jezus staat voor onze deur en klopt aan. Heel reëel: hij vraagt om hulp in de gestalte van een bedelaar, het aan lagerwal geraakte mensenkind, hij treedt ons tegemoet in ieder mens die wij ontmoeten. Christus wandelt op aarde, zolang er mensen zijn die een beroep op ons doen.”
Er is, ondanks meedogenloze en onmenselijke tegenkracht, een concreet handelingsperspectief en daarmee een concrete kans. Om hen die we tegenkomen te dienen en zo Jezus in hen te ontmoeten. Idealiter met concrete hulp of middelen, maar minstens met onze gebeden. Als Tearfund werken wij via de wereldwijde kerk. Om haar in staat te stellen om in de eigen omgeving vorm te geven aan die eeuwenoude opdracht om armoede en onrecht aan te pakken. En hoe groot of hoe klein de kerk ook is, wij geloven dat ze van God is. En juist dat gegeven maakt de kerk krachtig. Ook in Nederland, want de kerk hier heeft exact dezelfde roeping.
Nilco van der Steege, Programmadirecteur Nederland bij Tearfund