Ons werk in Bangladesh

Waar klimaatrampen elkaar op blijven volgen

Bangladesh ligt aan zee en heeft vele rivieren. De inwoners van het land leven in de verschillen kleine dorpen en zijn rijstboer, visser of landloze arbeider van beroep. Elk jaar overstromen in het regenseizoen grote delen van het land. De laatste decennia is het regenseizoen onvoorspelbaar geworden als gevolg van klimaatverandering. Stormen en cyclonen komen vaker voor en zijn vaak zwaarder dan voorheen. Hierdoor wordt jaarlijks wel 25 tot 35 procent van de oogst vernietigd of beschadigd. Daarnaast raken wegen onbegaanbaar en worden huizen verwoest. In het droge seizoen gebeurt precies het tegenovergestelde: de rivieren vallen soms geheel droog, waardoor de grond uitgeput raakt.

Samen met onze partners werken we in Mongla (in het zuiden) en in Bandarban (in het westen) aan weerbaarheid door middel van rampenpreventie. Via forums, boerengroepen en zelfhulpgroepen worden inwoners getraind om zelf hun levensomstandigheden te verbeteren en samen plannen te maken om rampen te voorkomen en hierop te reageren.

In de districten Narail en Rajbari (in het midden van het land) richten we ons op het voorkomen en tegengaan van gendergerelateerd geweld, het creëren van werkgelegenheid en het bevorderen van klimaatbestendige landbouw. 

Resultaten in 2022

• 2.990 mensen werden bereikt via onze projecten in Mongla en Bandarban. 
• 1.554 mensen werden bereikt via onze projecten in Narail en Rajbari. 

De humanitaire crisis rond de Rohingya blijft onverminderd zorgelijk. We hebben onze noodhulp voortgezet die zich onder meer richt op schoon drinkwater, sanitaire voorzieningen, psychosociale hulp aan kinderen en volwassenen en inkomensgenerende activiteiten. Met deze noodhulp in de Rohingya-crisis zijn 25.514 mensen bereikt.