‘De klimaatgesprekken van de Verenigde Naties hebben gezorgd voor een heel aantal stappen in de goede richting, maar er is nog een lange weg te gaan’, aldus Ruth Valerio, directeur advocacy en beïnvloeding van Tearfund Engeland.
Van 31 oktober tot 12 november waren de ogen van de wereld gericht op wat er gebeurde in Glasgow. Hier vond namelijk de 26e VN-klimaattop (COP26) plaats. Misschien heb je wel gelezen over wereldleiders die worstelden om tot overeenstemming te komen. Maar welke vooruitgang is er in die 13 dagen eigenlijk geboekt? Hoe staat het met de plannen om de opwarming van de aarde tot 1,5°C te beperken? Of met het plan om financiële steun te bieden aan mensen die het hardst worden getroffen door klimaatverandering? We hebben de belangrijkste uitkomsten voor je op een rijtje gezet.
Bij de start van de klimaattop werd het meerdere malen duidelijk: het roer moet om. Veel mensen hadden Boris Johnson nog nooit eerder zo vurig horen spreken als tijdens deze openingsspeech. Met de waarschuwing dat het nu ‘one minute to midnight’ zou zijn in de race tegen de opwarming van de aarde, trok hij veel aandacht. Ook andere wereldleiders maakten duidelijk dat er iets moet veranderen. Met de koers die we nu varen, zorgen we met elkaar namelijk voor een verwoestende opwarming van de aarde tot 2,7°C. Met de uiteindelijke klimaatplannen van ieder deelnemend land, zal de opwarming ingeperkt worden tot 2,4°C. Dat komt zeker nog niet bij 1,5°C in de buurt, maar met de aanvullende beloftes die zijn gedaan door verschillende wereldleiders zou dit cijfer wel kunnen dalen tot 2°C. In die aanvullende beloftes gaat het bijvoorbeeld over het stoppen van ontbossing en het verminderen van methaanemissies. In Nederland moeten we, als we het hebben over methaanemissies, voornamelijk naar de veehouderij kijken. Het overgrote deel van de uitstoot komt door deze sector. Daarnaast wordt een klein deel van de uitstoot veroorzaakt door lekkages bij de productie van olie en gas.
De plannen die gemaakt zijn, zijn op dit moment slechts nog woorden. En hoewel we hiermee de schade aan onze leefomgeving grotendeels beperken, is elke fractie van een graad van belang omdat dit voor miljoenen kwetsbare mensen het verschil tussen leven en dood kan betekenen. Een aantal landen zijn gevraagd om volgend jaar nog met nog invloedrijkere plannen te komen. Verder moet alles op alles gezet worden om leiders van landen met een hoge uitstoot ter verantwoording te roepen bij het realiseren van de huidige plannen en doelstellingen.
Om de opwarming van de aarde tot 1,5°C te beperken zijn een aantal veranderingen onvermijdelijk. Zo moeten fossiele brandstoffen zoals kolen, olie en gas uitgefaseerd worden. Deze brandstoffen dragen sterk bij aan klimaatverandering. Bijna veertig landen hebben toegezegd om tegen het einde van 2022 te stoppen met subsidies op fossiele brandstoffen. Hierdoor komt er ten minste 21 miljard euro per jaar beschikbaar voor schone energie. Wat een vooruitgang zou dat zijn! Toch blijft het een uitdaging om ook de landen die nog grotendeels afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen te betrekken in deze plannen. Ook voor deze landen moet fossiele brandstof, op termijn, iets voor in de geschiedenisboeken worden.
De landen die het hardst getroffen worden door klimaatverandering, hebben een tweedelige oproep gedaan. Ze vragen rijkere landen om financiële ondersteuning te bieden, zodat ook zij hun eigen klimaatdoelstellingen kunnen behalen. Ook willen ze rijkere landen laten betalen voor het veroorzaakte leed waarmee ze te maken hebben door klimaatverandering. En dat is zeker geen onterechte oproep. Helaas blijkt al jaren dat de gevolgen van klimaatverandering voor een groot deel zijn toe te schrijven aan de rijke, vervuilende landen en dat de armere landen het meest onder de gevolgen lijden. Toch werd aan deze oproep geen gehoor gegeven.
Hoewel er dus nog veel moet gebeuren voor impactvolle verandering, was er afgelopen maand in het heel Europa, waaronder hier in Nederland, veel aandacht voor de problemen rondom klimaatverandering. Meer mensen dan ooit spraken zich uit over klimaatgerechtigheid en er ontstond een beweging van mensen die samen pleiten voor verandering. Een geweldig voorbeeld was de klimaatmars van 6 november in Amsterdam. Hier liepen meer dan 40.000 mensen liepen mee, waaronder heel wat Tearfund supporters.
Met de klimaattop hoopten we op een beperking van de opwarming van de aarde tot 1,5°C en toereikende steun voor de meest kwetsbaren. Veel plannen en doelstellingen zijn hoopvol. Tegelijk is er zeker nog geen sprake van toereikende steun voor de meest kwetsbaren en daarmee zijn miljoenen mensen nog niet verzekerd van een veilige toekomst.
Kuki Rokhum, partner van Tearfund in India, deelde haar reflectie op de klimaattop met ons: ‘Helaas hebben de gesprekken in Glasgow er niet voor gezorgd dat we de opwarming van de aarde tot 1,5°C kunnen beperken. Toch blijft het nodig om hiervoor te pleiten. We hebben de verantwoordelijkheid om recht te doen aan de situatie van de getroffen gemeenschappen. Volledige steden en dorpen zijn verwoest door extreem weer, aanhoudende droogte en overstromingen. Samen moeten we aandacht blijven geven aan de extreme gevolgen van klimaatverandering, zodat er daadwerkelijk iets kan veranderen.’
Uiteindelijk zal klimaatgerechtigheid niet worden bereikt door één enkel persoon, door een beslissing of door een conferentie. Er zijn miljoenen mensen nodig. Mensen die aanhoudend bidden, bewust handelen en wereldleiders ter verantwoording blijven roepen.