Meer dan tachtig procent van de wereldbevolking laat zich in denken en doen beïnvloeden door een religieuze overtuiging. Religieuze bewegingen onderdeel maken van het internationale klimaatbeleid, is daarom een logische stap.
Onlangs deden de leiders van de drie grootste wereldwijde kerkgenootschappen een gezamenlijke en indringende oproep om beter voor de aarde te zorgen. Samen vertegenwoordigen zij 1,8 miljard gelovigen. Het bereik en de autoriteit van deze religieuze leiders maakt deze oproep ontzettend krachtig.
Wereldwijd zegt maar liefst 84 procent van de wereldbevolking bij een godsdienst te horen. Zorg voor de natuur is een integraal onderdeel van de meeste van die religies. Bovendien beheren ze samen wereldwijd meer dan acht procent van het bewoonbare land en vijf procent van de commerciële bossen. De potentiële impact van religieuze bewegingen op klimaatbeleid immens. Aan hun rol voorbijgaan is een gemiste kans.
De meest effectieve manier om blijvende verandering te realiseren op wat voor gebied dan ook, is door in te zetten op het niveau van hoop, overtuigingen, normen en waarden. Juist dat is het terrein van kerken en moskeeën. Geloof zorgt voor gedeelde ‘heilige’ waarden.
Kerken en moskeeën zijn vaak goed ingebed in lokale gemeenschappen en zijn door hun uitgebreide kennis van de lokale cultuur en gebruiken in staat het denken rond ecologische duurzaamheid te beïnvloeden. Daarnaast kunnen ze op hun beurt bij (lokale) overheden pleiten voor milieubescherming en duurzame economische groei. Het begrijpen van de rol die religie speelt en kan spelen, is essentieel om religieuze actoren een aanjager te maken van een internationale klimaataanpak.
In Bangladesh zien we ontwikkelingsorganisaties die samen met lokale kerken werken aan het verbeteren van levensomstandigheden van arme boerenfamilies die sterk geraakt worden door klimaatverandering. Door overstromingen zijn wateroverlast, erosie en verzilting voor veel lokale boeren een dagelijks probleem geworden. De kerken trainen de boeren om een gezinsinkomen te genereren en zich tegelijkertijd aan te passen aan het veranderende klimaat. Ook leren ze adequaat te reageren op natuurrampen. Via bijbelstudies en workshops is de kerk betrokken bij het benoemen en analyseren van problemen, en wordt er samengewerkt aan concrete stappen om de levensomstandigheden van de lokale gemeenschap ook daadwerkelijk te verbeteren.
Ook op macroniveau kan de invloed van religieuze bewegingen aangewend worden. Dat zien we bijvoorbeeld aan het Interfaith Rainforest Initiative, een internationale alliantie die interreligieus werkt om tropische ontbossing te beëindigen. Twee jaar geleden heeft dit samenwerkingsverband onder andere vijfhonderd religieuze leiders getraind in Colombia en heeft het bedongen dat de Colombiaanse nationale overheid ontbossing actief gaat bestrijden.
Volgende week begint de klimaattop in Glasgow. De verwachting is dat veel lagelonenlanden niet fysiek deel kunnen nemen aan de top door een gebrek aan vaccinaties. Er zijn daardoor zorgen dat hun stem niet genoeg vertegenwoordigd zal worden in internationaal klimaatbeleid. Maar ook de stem van religieuze actoren wordt nog onvoldoende structureel meegenomen in internationaal klimaatbeleid. Ook binnen het Nederlandse klimaatbeleid is hier nog relatief weinig aandacht voor. Onbekendheid en religieuze ongeletterdheid zijn hier debet aan. Wij roepen de Nederlandse overheid daarom op om ambtenaren te trainen in kennis over religieuze bewegingen en actief de samenwerking te zoeken met religieuze organisaties als het gaat om de klimaatmaatregelen. Klimaatverandering effectief bestrijden kan namelijk alleen door een gezamenlijke aanpak, waarin we alle relevante spelers betrekken.